Help Gerxhaliu (2)

Mensen die zich goed integreren, mogen in dit land niet te zeer opvallen. Ze moeten weg. Terug naar een land van herkomst, dat ze zelfs niet meer kennen, liefst waarvan ze de taal niet machtig zijn, zogenaamd ,,veilige” landen. Met weinig toekomstmogelijkheden? Dat zal deze regering een zorg wezen. Als ze maar weg zijn, niet in de kijker lopen. Want ze zouden de Vlaming wel eens op de idee kunnen brengen, dat integratie toch wel mogelijk is in dit rijke klotenland; dat doodgewone, onopvallende migranten zelfs voor een succesverhaal kunnen zorgen. En dat mag niet. Neen, dat is enkel weggelegd voor de Lukaku’s, de Marouanes en de Witsels van deze wereld. De uitzonderingen die de regel bevestigen, dat we best een monocultuur blijven.

Want wie weet gaat de Vlaming dan zijn idee over de vreemdeling wijzigen en dan is er geen externe vijand meer, waarmee  hij bang gemaakt kan worden. En dan moeten we nog meer soldaten op straathoeken posteren, om het subjectief onveiligheidsgevoel te voeden. Studies van de kinderen mogen niet afgemaakt worden; neen liefst van al onderbroken, met de eindmeet in zicht. Ze mogen het zeker niet gemakkelijker hebben dan onze kinderen. En als ze het te goed doen op school, dan pakken we de papa op en steken hem in een gesloten opvangcentrum. Het gezin blijft in verwarring achter en dan gaat één en ander gemakkelijker om heel de familie te deporteren. Zo hard zijn we voor ,,de ander”; zo genereus is ons Vlaams volk.

Beste regering Michel – De Wever. Vandaag zag ik in het Leopoldpark van Oostende vierhonderd jongeren die jullie oud, op privileges berustend wereldje niet langer pikken. Zij zijn jullie angsthazenpolitiek beu. De afrekening volgt. Ze zwijgen niet langer; ze zullen even genadeloos zijn voor jullie onrechtvaardigheid, jullie harteloosheid, jullie gewetenloze deportaties, jullie kruiperig samen heulen met bevriende regimes die vervolgd worden wegens genocide en oorlogsmisdaden.

Want:

Eerst kwamen ze de communisten halen

maar ik was geen communist
dus zei ik niets
Dan waren de sociaal-democraten aan de beurt
maar ik was geen sociaal-democraat
en deed dus niets
Daarop volgden de vakbondsafgevaardigden
maar ik was geen vakbondsafgevaardigde
Toen ze voor mij kwamen
was er niemand meer
die het voor mij kon opnemen  (1)

 


(1) aan dominee Martin Niemöller (soms aan Bertolt Brecht) toegeschreven