Het verdriet van Antwerpen

Jeroen Olyslaegers schreef met ,,Wil’’ een boeiende roman, al had ik wat moeite om in het verhaal te geraken. Dat heeft te maken met het tijdsplan: van die achterkleinzoon tot wie de hoofdfiguur zich richt, had ik eerder een kleinzoon gemaakt. Het belang van het jaar 1993 in het eerste deel van de roman was mij ook ontgaan, maar het schitterend slotakkoord waarin alle verhaallijnen uiteindelijk samenkomen, de rekening alsnog vereffend wordt, overtreft natuurlijk alles. Misschien wil de auteur met de achterkleinzoon wel duidelijk maken, dat er nu een generatie aankomt, die nauwelijks of geen levende getuigen meer zal ontmoet hebben van die Tweede Wereldoorlog. Alleen al daarom is deze roman natuurlijk nodig.

Ik heb bij het lezen vaak aan ,,Het Verdriet van België’’ gedacht: Walle lijkt verdacht veel op Antwerpen. Ook de beeldrijke taal van Olyslaegers herinnert aan Claus’ idiomen. De zwartwitte familiehistories, met de onuitspreekbare familiegeheimen, de barse, autoritaire vaderfiguren/slagers/pennenlikkers en meegaande huismoeders, warme tantes.

De  figuur van Wilfried Wils/Angelo, staat wel als een huis. Ondanks zijn hybride belangstelling voor literatuurbeschouwing en poëzie is hij een doener, geen twijfelaar, een ,,tweezak’’ zelfs, een roekeloze overlever in een van slechtheid doordrongen wereld. Deze smeerlap deelt de mensheid in in vier categorieën: de collaborateurs, diegenen die afwachtten; de verzetslieden, die enkel maar joden helpen, omdat het profijt oplevert en de ,,tweezakken’’. Nergens komt ons volkje er ook maar op enigerlei wijze op een positieve manier vanaf. Was er een andere uitweg mogelijk in die context van bezetting en vervolging? De hoofdfiguur meent ten stelligste van niet. De auteur doet geen moeite om het nihilisme van Wilfried Wils te nuanceren. Hij tekent wel Yvette als de nog meest zuivere figuur van al, maar ze houdt het met die smeerlap ook niet vol en eindigt in de drank.

In tegenstelling tot sommigen die beweren dat deze roman ,,resoneert met het heden’’, vind ik ,,Wil’’ veeleer een puur historische roman, hier en daar neigt het werk zelfs naar een stadskroniek van tijdens de oorlog. De auteur verwijst zeer expliciet naar straatnamen, cafés en historische locaties. Het heden van de bompa is maar zeer fragmentair uitgewerkt, met wat para’s op straat; geen spoor van vieringen van tachtigjarige VMO’ers, waarop notabelen en staatssecretarissen het glas heffen. Maar eigenlijk was dat ook niet nodig. We kennen dat verhaal al. Het is nu wachten op de verfilming, met Jan Decleir als de verteller.

jeroen-olyslaegers-krijgt-fintro-literatuurprijs-voor-‘meesterlijke-roman%u2019-wil-lees-de-ons-erfdeel-recensie