Ventimiglia: de point of no return (2): Bajardo in plaats van Calais

We trekken het oude Ventimiglia Alta in. Niets van de marktdrukte hier. Het oude stadje ligt op een rots die hoog uitsteekt over de Roja en oogt verlaten over de middag. Je vindt er met moeite een bar met wat schaduw, zodat het beter vertoeven is binnen. Een Siciliaanse barhouder was zelfs geen toeristen meer verwachtende en moet op onze vraag zijn broodjes bij de bakker om de hoek halen, maar de tomaten uit zijn tuin zijn heerlijk en hij pocht terecht ook met zijn zelfgemaakte salumi, met daarbovenop niet te vergeten een glas koele amandelmelk. De krant van de bar doorbladerend leren we dat de regio Liguria vragende partij is voor een ,,CIE’’, dat is een gesloten opvangcentrum voor vluchtelingen, die om wat voor reden dan ook Italië vooral zien als een transitland, omdat hun doel eerder Engeland, Duitsland, Zweden of Frankrijk is en ze dus ook geen asiel aanvragen in Italië.

Zo’n CIE doet slechts twee dingen: opsluiten en repatriëren. Er zijn er slechts zes in heel Italië, vooral in het zuiden; maar door de alsmaar grotere toevloed, wil de noordelijke regio Ligurië er nu zo snel mogelijk ook één. Dat heeft alles te maken met de Fransen die de grens aan Ventimiglia zwaar bewaken.

In een kaderstukje lees ik dat de burgemeester van het bergdorp Bajardo zijn ontslag heeft ingediend. Reden is de totaal onaangekondigde komst van eerst dertig en nu nog eens tien extra vluchtelingen naar zijn dorp, dat nog maar 120 inwoners meer telt en in de winter zijn er dat wellicht nog de helft minder. Wat zoeken die vluchtelingen in Bajardo? Niets, zo blijkt. Ze worden daar gewoon gedropt door de carabinieri, omdat ze in het veel mondainere San Remo of Bordigheira teveel in de kijker lopen en er het toeristische klimaat zouden kunnen verpesten. De burgemeester van Bajardo werd gewoon voor een voldongen feit gesteld door de prefect van Liguria. Hij werd zelfs niet op de hoogte gesteld van de dertig en nog minder over de tien extra.

De vluchtelingen bivakkeren op een halfverlaten site met loods en opslagplaats van de boswachters; er zijn amper twee toiletten aanwezig. Je moet weten dat Bajardo in the middle of nowhere ligt. We deden er vorige zomer met de wagen driekwartier over om vanuit Apricale via de vijftien kilometer lange en veel te smalle balkonweg in Bajardo te geraken. Het dorp ligt op bijna 1000 meter hoogte en in de winter kan het er flink vriezen. Eind 19de eeuw werd het dorp nagenoeg met de grond gelijkgemaakt door een flinke aardbeving en de meeste families keerden nooit terug. Wat er nu nog rondloopt in Bajardo zijn gelukzoekers, kruidenvrouwen, zieners, sterrenwichelaar en kluizenaars.
Het was veel te warm in de namiddag om het Alta Ventimiglia nog verder te ontleden. We beperkten ons tot de frisse crypte van de Romaanse Cattedrale dell’Assunta; de Biblioteca Aprosiana, naar verluidt de oudste bibliotheek in Ligurië en zelfs één van de eerste in Italië (1649), staat nergens aangeduid of bewegwijzerd. Idem voor het Romeinse theater en de thermen, de tuinen van Villa Orengo-Sella of Villa Piacenza-Boccanegra of de Giardini Communale of het muilezelpad dat achter het fort van de Annunziata naar het ,,Spiaggia delle Calandre’’’ zou voeren, de ,,Via dell’ Amore’’. Nog te doen.

Bajardo, bergdorp, far from the madding crowd...

Bajardo, bergdorp, far from the madding crowd…

Ventimiglia Alta

Ventimiglia Alta

Plaats een reactie